Pas op negenjarige leeftijd begon ik mijn muzikale carrière, toen ik van een bevriende familie een oud harmonium met een bijna(!) dichte balg kreeg. In het bankje dat erbij hoorde zaten allemaal boeken met curieuze strepen - steeds vijf boven elkaar - waarop zwarte bolletjes, al dan niet van vlaggetjes voorzien waren getekend. Notenschrift natuurlijk, duidelijk dankzij de toetsen die ook waren getekend. Ik begon te studeren - geld voor het nemen van les kreeg ik niet - en was twee jaar later kerkorganist van twee protestantse kerken. Dat betekende vier keer per zondag een dienst begeleiden en door de week spijbelen om tijdens begrafenissen en bruiloften de kerkzang te begeleiden.
Na verhuizing werd ik tot mijn vreugde verleid om lid te worden van de plaatselijke harmonie: een klarinet (daar was de meeste behoefte aan) en een leraar zaten gratis in het pakket. Een half jaar later mocht ik voorspelen voor de dirigent en werd in het orkest opgenomen.
Op mijn zestiende levensjaar verliet ik het ouderlijk huis om elders te gaan werken. Ik kocht een piano en studeerde verder. Hoewel ik later aan de universiteit van Leiden ging studeren, bleef de muziek prikkelen. Ik deed directiecursussen in Den Haag en volgde compositieles van Daan 't Manneke aan het conservatorium van Amsterdam en nam celloles in Rotterdam.
Componeren heb ik sindsdien altijd gedaan. Ik dirigeerde vele koren zowel in Nederland (waaronder een Gregoriaans vrouwenkoor) als in Armenië en Frankrijk.
Nu de tijd er is, maar krapper wordt, kan ik eindelijk al mijn tijd wijden aan de componeren.
Zoals iedere componist ben ik ook geïnspireerd en beïnvloed door vele componisten. Naast vele anderen, zijn Gesualdo da Venosa, John Dowland, Johannes Brahms, Eric Satie en natuurlijk Arvo Pärt daarin erg belangrijk. Wellicht door de kerkorgels die ik als jonge puber al bespeelde, zijn ook de kerktoonladders in mijn muzikale geheugen blijven kleven. Met name die heerlijk vage (hypo-) locrische toonladder, die alles in het midden laat door de verlaagde kwint.
Daarnaast is ook Luciano Berio, maar zelfs de windharp – een instrument dat zijn eigen muziek maakt – met beide(n) een heel diverse klankschakering, van invloed geweest op mijn muzikale vorming.
Verwacht geen luidruchtig spektakel – door mij vaak 'notendiarree' genoemd – maar neem de tijd en vooral de rust om te luisteren naar het muzikale spectrum.
Enfin, laat u meevoeren.
Mijn werk concentreert zich vrijwel uitsluitend op "muziek met tekst" - met andere woorden, muziek met een koor en/of solostem(men).
Verder veel werk voor kleine diverse bezetting, maar ook orkestwerken, zoals het (seculiere) Dies Irae. Raadpleeg daarvoor s.v.p. de betreffende pagina op deze site, waar elektronisch gegenereerde voorbeelden zijn te beluisteren bij ontstentenis van èchte uitvoeringen op dit moment.
Het meeste - maar niet alles - van mijn muziek is melancholisch / contemplatief van aard.
Op dit moment (april 2019) ben ik bezig met een cyclus van 24 liederen voor SATB-koor met strijkkwintet op basis van zelf uitgekozen liederen van Heinrich Heine. Deze cyclus heet Leiden an der Liebe - Lijden aan de liefde (zie deze pagina).
Op deze site vindt u alle teksten, alle muziek en nadere toelichting.
De partituren van mijn muziek zijn te koop via het bedrijf Galaxa Media: zie Galaxa Media.
Uiteraard kunt u mij te allen tijde vragen stellen via dit e-mailadres.
Ga naar mijn YouTube-kanaal s.v.p. en abonneer u om (o.a.) automatisch op de hoogte gehouden te worden. |