Latijn
|
YouTube |
Nederlands
|
1
Tuba mirum spargens sonum
per sepulcra regionum,
coget omnes ad tribunal.
|
|
1
De bazuin, een vreemd geschal verspreidend
over de graven van alle landstreken,
ontbiedt allen naar de rechtszaal.
|
2
Mors stupebit et natura,
Cum resurget universum,
Judicanti responsurum.
|
|
2
Dood en leven vallen stil,
als de wereld zal herrijzen,
in antwoord op de rechters.
|
3
Liber scriptus proferetur,
In quo totum continetur,
unde mundus judicetur.
|
|
3
Het register zal worden ingebracht,
waarin alles staat opgetekend
voor het oordeel over de wereld.
|
4
Judex ergo cum censebit,
quidquid latet apparebit,
nil inultum remanebit.
|
|
4
Als dan de rechters oordelen,
verschijnt al wat verborgen is,
en blijft niets onbestraft.
|
5
Dies irae, dies illa,
Solvet saeclum in favilla,
Teste erudita turba.
|
|
5
Dag des toorns, o deze dag
zal de wereld in de as vergaan,
zoals voorspeld door veel geleerden.
|
6
Quantus tremor est futurus,
Quando judex est venturus,
Cuncta stricte discussurus.
|
|
6
Welk een angst zal er zijn,
wanneer de rechters komen,
om alles streng te beoordelen. |
7
Ingemisco tanquam reus,
Culpa rubet vultus meus.
|
|
7
Ik zucht bij fouten die ik maakte,
door schuld kleurt mijn gezicht nu rood.
|
8
Supplicanti parce, justus!
Qui mihi quoque spem dedisti.
|
|
8
Rechter, wees deze smekeling genadig!
U hebt ook mij hoop gegeven.
|
9
Preces meae non sunt dignae,
Sed tu, honestus, fac benigne,
Ne perenni cremer igne.
|
|
9
Mijn verzoeken zijn niet waardig,
maar u die eerlijk is, wees mild en maak,
dat ik niet verteer in eeuwig vuur.
|
10
Quid sum miser tunc dicturus?
Quem patronum rogaturus,
Cum vix justus sit securus?
|
|
10
Wat kan ik, ellendige, dan zeggen?
welke raadsman kan ik vragen,
als zelfs de eerzamen niet zeker zijn?
|
11
Judex summae maiestatis,
qui salvandos salvas gratis,
salva me, fons aequitatis.
|
|
11
Rechter van grootste waardigheid,
die redt wie gered moet worden,
red mij, bron van eerlijkheid.
|
12
Juste judex ultionis,
donum fac remissionis,
Ante diem rationis.
|
|
12
Rechtvaardige rechter der wrake,
schenk mij nu die vergiffenis,
nog vóór de dag van de uitspraak.
|
13
Inter salvos locum praesta,
Me a noxiis sequestra.
|
|
13
Geef mij een plaats tussen de geredden,
zonder mij af van de schuldigen.
|
14
Confutatis condemnatis,
Flammis acribus addictis,
Voca me cum liberatis.
|
|
14
Als de misdadigers zijn verslagen,
en aan de vlammen prijsgegeven,
roep mij dan onder de bevrijden.
|
15
Oro supplex et acclinis,
Gere curam mei finis.
|
|
15
Ik smeek u op mijn knieën,
zorg voor mijn laatste ogenblikken.
|
16
Lacrimosa dies illa,
Qua resurget ex favilla
Judicandus homo reus.
|
|
16
Die tranenrijke dag,
waarop uit krochten verrijzen zal
de schuldige, om geoordeeld te worden.
|
17
Huic ergo parce, justus.
Judex, parce, domine.
|
|
17
Ontzie hem dan, rechtvaardige.
Rechter, ontzie hem, heer.
|
18
Dona nobis requiem. |
|
18
Schenk ons rust. |